Over het wantij

Door Tim van Oijen

 

[PIC4212]Wadvaarders die van eiland naar eiland zeilen, steken wanneer het tij het toelaat onder een eiland een ondiep gebied over: het wantij. Dit wantij vormt de grens tussen de getijbekkens die bij de zeegaten aan weerszijden van het eiland horen. De plek van het wantij ten opzichte van het eiland ligt niet vast. De geulen van de getijbekkens veranderen door de werking van water en sediment continu van vorm en ligging en beïnvloeden de grens met de buurbekkens.

De internationale Waddenzee is opgebouwd uit tientallen getijbekkens die door een wantij van elkaar gescheiden worden. Omdat de getijgolf de Noordzee van oost naar west doorloopt, wordt het eerder vloed in het geulenstelsel ten westen van een Nederlandse Waddeneiland, bijvoorbeeld Terschelling, dan ten oosten ervan. Hierdoor ligt het wantij meer aan de oostelijke zijde onder het eiland. Het wantij is ondiep omdat de stroomsnelheden er maar laag zijn. Hierdoor bezinkt er veel sediment. Voor wadvaarders is het een heel rekenwerk om te bepalen wanneer ze het wantij kunnen oversteken. Voor de diep stekende scherpe jachten is het wantij maar een paar uur passeerbaar. Het hangt er ook af van of het springtij of doodtij is: bij springtij is het waterniveau bij hoogwater hoger en is de oversteek dus langer mogelijk.

Overstekend zand

Niet alleen wadvaarders maken de oversteek van het ene naar het andere getijbekken. Ook water en sediment kunnen over het wantij worden getransporteerd. Dit laterale transport is wel beperkt ten opzichte van de enorme water- en sedimentverplaatsing die elk getij via de zeegaten plaatsvindt. De onderstaande animatie laat zien hoe sedimentdeeltjes door de werking van het getij van het ene in het andere bekken kunnen belanden.

 

[PIC4215]

Het transport van sediment over het wantij is heel moeilijk direct te meten. De sedimentdeeltjes kunnen echter makkelijk verontreinigende stoffen aan zich binden, zoals zware metalen. Die metalen verdwijnen niet snel in het systeem en zijn in zeer lage concentraties te meten. Uit onderzoek aan het transport van fijne sedimentdeeltje die waren verontreinigd met cadmium is gebleken dat deze de afgelopen decennia geleidelijk aan van het westelijk naar het oostelijk deel van de Waddenzee reisden. Verder onderzoek moet nog uitwijzen welk deel van die deeltjes de reis binnendoor heeft gemaakt en welk deel buitenom via de Noordzee is gegaan.

[PIC4214]Geen vaste plek

Getijbekkens en wantijen kunnen van ligging veranderen, vooral na menselijke ingrepen zoals de afsluiting van delen van de Waddenzee. De effecten van de afsluitingen van de Zuiderzee en de Lauwerszee zijn nog steeds niet uitgedempt. De aanleg van de Afsluitdijk in 1932 heeft grote invloed gehad op het bekken Marsdiep. Dat  bevat relatief nog steeds te weinig wadplaten ten opzichte van een natuurlijk evenwichtssysteem. Het wantij tussen Marsdiep en Vlie verschuift sinds de aanleg naar het oosten. Daarom beschouwen geomorfologen Marsdiep en Vlie samen als één systeem. De hoeveelheid sediment die nog nodig is om het morfologische evenwicht in dit Marsdiep-Vliesysteem te herstellen, hangt af van de uiteindelijke positie van het wantij, maar schatten zij in de orde van één miljard kubieke meter. De toekomst moet gaan uitwijzen of zo’n evenwicht zal ontstaan. Hoe dan ook doet een wadvaarder er goed aan om met een actuele zeekaart op pad te te gaan.

 

Bronnen

Wang, Z., H. Speelman; R. Hoeksma en H. Gerritsen (2012). Morfologische ontwikkelingen van de Nederlandse Waddenzee : deelprogramma wadden, Deltaprogramma 2012. H twee O 2012(7), p.24-26.

Wang Z., J. Vroom, B. van Prooijen, R. Labeur, M. Stive en M. Jansen (2011). Development of tidal
watersheds in the Wadden Sea. RCEM 2011: Proceedings of the 7th IAHR Symposium of River,
Coastal and Estuarine Morphodynamics, Beijing, China.

Van Duren, L., H. Winterwerp, B. van Prooijen, H. Ridderinkhof en A. Oost (2011). Clear as Mud: understanding fine sediment dynamics in the Wadden Sea – Action Plan (pdf 1,8 Mb). Waddenacademie publicatie 2011-02.

http://www.physoz.icbm.de/982.html 

 

De foto in de header is van Herman Verheij