ESCO/Frisia is deze maand aangesproken op twee overtredingen. Uit inspecties bleek dat de werkomstandigheden in het bedrijf niet veilig waren en dat er in een groot bassin voor zout water lekkages lijken te zijn. Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) constateerde de overtredingen al eerder dit jaar en heeft het bedrijf nu een last onder dwangsom opgelegd. Dat is een boete gericht op het beëindigen van de overtreding. Nu moet ESCO/Frisia de overtreding zelf binnen een bepaalde termijn ongedaan maken. Gebeurt dit niet tijdig, dan volgt er een verplichting tot betaling van een geldsom.
Opportunistisch en calculerend
Al in mei wist het bedrijf dat er mogelijk een lekkage was in een enorme pekelvijver op het bedrijfsterrein achter de Waddendijk bij Harlingen. Zes maanden later vond SodM het uitblijven van rapportages en reparaties te gortig. Het niet tijdig rapporteren en oplossen van de problemen door ESCO/Frisia leverde het bedrijf in Harlingen de formele categorisering ‘opportunistisch en calculerend, waarbij sprake van het bewust belemmeren van controlerenden’ op.
Goed zorgen voor de Waddenzee, kan dat door een mijnbouwbedrijf?
Dat klinkt niet erg betrouwbaar. In plaats van te handelen werd overlegd met het Duitse moederbedrijf omdat mogelijk een grote investering nodig is voor een reparatie. Juist vanwege de te verwachten schade door zoutwinning aan de Waddenzee moeten bedrijven op z’n minst volgens de verleende vergunningen handelen. Dat blijkt nu niet het geval te zijn. De Waddenvereniging ziet in de overtredingen een nieuwe bevestiging dat de zorg voor milieu en UNESCO Werelderfgoed Waddenzee niet in de handen van een mijnbouwbedrijf gelegd kan worden. Twee maanden geleden werd door UNESCO een
dringende oproep aan de Nederlandse regering gedaan om te stoppen met zoutwinning onder de Waddenzee.
Brief aan moederbedrijf
De Waddenvereniging heeft het Duitse moederbedrijf, waar de besluiten over investeringen voor zoutwinning onder de Waddenzee genomen worden, op de hoogte gebracht over deze overtredingen
. In de
brief wordt ook gewezen op de twijfelachtige toekomst van mijnbouw onder Werelderfgoed Waddenzee. Daarom vraagt de Waddenvereniging het Duitse moederbedrijf om niet meer te investeren in deze schadelijk activiteit door een dochterbedrijf dat controles bewust belemmert.