Ga met ons mee op excursie
Maak een verschil voor het waddengebied met je bedrijf, vrienden of familie!
Home Waddenmagazine Lauwersmeer; sporen van de oude zee
‘Dit was in 1960 nog een wadplaat die bij vloed onder water stroomde’, zegt Henk Hut terwijl hij over de bloemrijke graslanden uitkijkt nabij Activiteitencentrum Lauwersnest. De ecoloog bij Staatsbosbeheer, officieel net met pensioen, kent het gebied op zijn duimpje. Niet alleen zoals het nu is, maar ook zoals het was voor de Lauwerszee werd afgesloten. ‘Op sommige plekken zie je aan de randen en langs voormalige geulen zelfs nog oude schelpenbanken, dit was gewoon een echt onderdeel van het systeem van de Waddenzee. Toen de dam er kwam en hier een vast waterpeil werd ingesteld, is de hele dynamiek uit het gebied verdwenen. Nu zie je hier dus harde grenzen langs het water waar vroeger slikplaten langzaam opliepen tot een kwelder.’
Verderop grazen Schotse hooglanders, die samen met konikpaarden en koeien van boeren uit de omgeving het gebied open moeten houden. ‘Nu de dynamiek en het zout verdwenen zijn, moeten de grazers het doen. Die kunnen het proces alleen maar vertragen, op termijn verlies je hier de openheid en wordt het allemaal bos.’
We rijden een stukje verder naar een observatietoren. Van bovenaf is de waterkant beter te zien. Hut vervolgt: ‘Hier zie je duidelijk dat het slenken zijn die als vingers het gebied inlopen. Dat zijn typische vormen in het landschap die herinneren aan het feit dat hier een zee was die bij vloed via de slenken en prielen verder het gebied instroomde. Als je goed kijkt, kun je dat op heel veel plekken nog herkennen.’
Aan de invloed van de zee kwam in 1969 een einde toen de Lauwerszee werd afgesloten van de Waddenzee. Geen open verbinding meer, geen getijden, geen zoute invloed en een lager waterpeil. ‘Vanuit het oogpunt van veiligheid is het wel te begrijpen, maar ik vergelijk het toch weleens met een amputatie’, zegt Hut. ‘Er is een arm van de Waddenzee geamputeerd. Een arm met vingers die heel diep in Noordelijk Nederland reikte. In een klap is alle dynamiek uit dat gebied verdwenen en verbannen tot achter de dijk.’
Het was niet de eerste keer dat de invloed van de zee werd beperkt. ‘De mens voert hier al 1500 jaar een strijd met de zee’, gaat Hut verder. ‘De zee had natuurlijk in vroegere tijden invloed op een heel groot deel van Noord-Nederland. De eerste bewoners gebruikten wierden en terpen voor hun veiligheid, later zijn monniken steeds meer dijken gaan aanleggen en land gaan inpolderen.’
Hut pakt een tablet erbij en laat via de website topotijdreis een aantal oude kaarten zien. Een kaart uit 1820 (zie kaart hiernaast) laat zien hoe immens groot het ‘Lauwersmeer’ ook toen nog was. Maar ook daarvan werden in de jaren erna al veel stukken afgesnoept door inpoldering, zoals duidelijk te zien is op een kaart uit 1908.
‘De invloed van de zee was er nog altijd. In de stad Groningen vind je loswallen voor hoogwater en voor laagwater. Die zijn al honderden jaren oud en functioneerden honderd jaar geleden nog volop. Eb en vloed waren toen nog te merken tot in Noord-Drenthe. Mensen hebben hier ook lange tijd in brakke omstandigheden geboerd. Nu is er al paniek als er in een bermsloot langs de dijk een iets hoger chloridegehalte is’, vertelt Hut licht spottend. ‘Het grondgebruik is erg kritisch geworden door de huidige teeltwijzen.’
We rijden verder over de Lauwersmeerweg richting het Friese deel van het Lauwersmeergebied. Links liggen akkers, rechts grazen Schotse hooglanders in een natuurgrasland. We bevinden ons nog steeds op voormalige zeebodem. Hut: ‘Mensen kunnen zich vaak niet voorstellen dat een gebied zo ver van het Lauwersmeer tot 1969 nog zee was. Hier begon zo’n beetje de kwelder. Het stuk met het akkerland, dat helemaal tot aan de zeedijk in de verte loopt, liep alleen bij springtij onder. Maar als je hier aan de kant van de hooglanders een stuk doorloopt, kom je op een stuk dat dagelijks onder water stond. Je kunt er zelfs nu nog zouttolerante planten vinden als zilte rus, melkkruid, kwelderzegge (zie foto) en zeekraal. Dus ook in de vegetatie kun je de geschiedenis nog terugzien.’
Een volgende stop. Ook hier in het grasland sporen van de oude zee, zoals de geultjes die op verschillende plekken in kleine puntjes uitlopen. Het zijn de prielen, die allerkleinste uiteindjes van het geulenstelsel. ‘Het is toch geweldig dat je dat hier nog kunt zien. Verderop is de plaats Zoutkamp te zien. In het dorp werd twee jaar geleden, toen 50 jaar Lauwersmeer werd gevierd, juist een herdenking gehouden. ‘Mensen hebben nog de beelden voor zich van de grote vissterfte. Heel de omgeving stonk omdat binnen enkele dagen na de afsluiting alle vis er stierf. Ook voor de visserij een ramp.’
‘Het is hier toch net of je aan zee bent?’, zegt Hut op het volgende uitkijkpunt, een verhoging langs het Dokkumer Diep. ‘Dit is ook duidelijk een oude slenk. En daarachter de Senneplaat. Het is nu rietland en verderop grasland, maar ook dat was een wadplaat.’ De contouren, zoals iedereen kent van luchtfoto’s van de Waddenzee, maken het niet moeilijk voor te stellen hoe het er hier ooit uit heeft gezien. ‘Dit is gewoon nog een waddenlandschap’, stelt Hut. Een echt onderdeel van het wad zal het niet meer worden. Maar Hut hoopt dat een klein deel van de dynamiek weer zal terugkeren. ‘Veiligheid staat natuurlijk voorop en de landbouw moet ook mee, maar ik hoop dat het lukt om de grens tussen zout en zoet, tussen wad en achterland weer wat te verzachten. Voor de natuur zou dat een enorme winst zijn.’
Oostelijk van waar nu het Lauwersmeergebied ligt, lag het Hunzebekken, waar alle Groningse en Drentse riviertjes en beken in uitmondden.
Rond 1200
Het Lauwerszeebekken is ontstaan. De eerste kleinschalige bewoning vindt plaats in het gebied. Pioniers wonen op wierden en terpen. Het gebied staat nog in hoge mate onder invloed van de zee. Kleine stukken worden ingepolderd, maar dijkdoorbraken met honderden slachtoffers kwamen geregeld voor.
1822
De Lauwerszee heeft een enorme oppervlakte en loopt via het brede Zuiderdiep ver door in het achterland. Er zijn al kleine inpolderingen geweest in het Friese deel. Eigenlijk is Noord-Nederland een aaneenschakeling van kleine polders.
1908
Een steeds groter deel van de Lauwerszee wordt ingepolderd. Een flink deel van wat ooit Lauwerszee was, is land geworden, maar er is nog een flinke zee over.
1969
De Lauwerszee is afgesloten van de Waddenzee en wordt het Lauwersmeer. Er komt een vast laag waterpeil. Drie grote wadplaten die tijdens eb droogvielen en tijdens vloed onderstroomden, liggen vanaf nu voorgoed droog. Daarmee verdwijnt 60 procent van het oppervlakte aan open water. Delen worden ingeplant met bos, beheerd als natuurgebied (nationaal park Lauwersmeer) of defensieterrein, of gecultiveerd tot landbouwgrond.
Dit artikel is verschenen in het WADDEN magazine van september 2021, tekst Koen Moons, foto’s Henk Postma, Merlijn Torensma. Wil je het magazine ook ontvangen? Word lid van de Waddenvereniging vanaf €27,- per jaar, steun ons werk en ontvang het magazine 4x per jaar in de (digitale) brievenbus.