De favoriete zandbak van de tong

Door: Hans Revier

 

De ondiepe delen van de Nederlandse kust, zoals de Waddenzee, vormen een belangrijke kinderkamer voor opgroeiende platvissen. Om stranden en duinen te onderhouden maakt men meer en meer gebruik van zandsuppleties. Het zand dat opgespoten wordt kan van invloed zijn op deze kinderkamerfunctie. Daarom bestudeerde men in het laboratorium welk soort zand jonge tong prefereert. Fijn zand is duidelijk favoriet.

 

Zandsuppleties

Het op peil houden van de Nederlandse kustlijn middels zandsuppleties is sinds 1993 een veel gebruikte methode. Zand wordt gewonnen in diepere delen van de Noordzee (-20 meter) en op de ondiepe vooroever (-5 tot -8 meter) gespoten. Getijstromen en golven doen de rest en zorgen er voor dat dit zand langs de kust en in de Waddenzee verdeeld wordt. De ondiepe kustzone is ook de favoriete plek voor opgroeiende platvissen als tong en schol. Waar jonge schol het meest de Waddenzee opzoekt, groeit de tong het liefste op in de kustzones van de Noordzee. Daar arriveren ze vroeg in het voorjaar en blijven daar gedurende twee jaar. Eerder onderzoek toonde aan dat de korrelgrootte van het zand van invloed kan zijn op de verspreiding van de platvissen. Grover zand vinden ze minder prettig omdat het moeilijker is om zich in te graven. Aangezien zand met verschillende korrelgroottes door de zandsuppleties in de kustzones terecht kan komen is in het laboratorium onderzocht welk zand favoriet is bij jonge tong.

 

Experiment

Het experiment werd uitgevoerd met 4 tot 9 centimeter lange jonge tong bij temperaturen van 11 en 20 oC. In een cirkelvormige ‘kamer’ met 8 compartimenten liet men jonge tong rondzwemmen en kiezen uit verschillende soorten zand (erg fijn, fijn, medium en grof). De korrelgrootte van deze verschillende soorten zand was in overeenstemming met de soorten zand die langs de Nederlandse kust gevonden worden. Door te tellen hoe de jonge schol zich verdeeld had over de verschillende compartimenten kon men vaststellen welke korrelgrootte favoriet was. De uitvoering van het experiment bij twee verschillende temperaturen maakte mogelijk eventuele seizoensinvloed te bestuderen.

 

Favoriet zand

Tijdens het experiment bleken de tongetjes een duidelijke voorkeur te hebben voor fijn zand. Het maakte niet uit bij welke temperatuur het experiment werd uitgevoerd. Ook had de lichaamslengte van de jonge tong geen invloed op de keuze voor het fijne zand. De resultaten van deze experimenten zijn in overeenstemming met waarnemingen in het veld waaruit blijkt dat jonge tong vooral voorkomt in gebieden met fijn zand. Aangezien door zandsuppleties vaak grover zand in de kustzone terecht komt, kan dat van invloed zijn op de opgroeiende tong.

llustraties

Klik op de afbeelding voor een vergroting inclusief toelichting

 

 

Bronnen:

Post, M. H., Blom, E., Chen, C., Bolle, L. J., & Baptist, M. J. (2017). Habitat selection of juvenile sole (Solea solea L.): Consequences for shoreface nourishment. Journal of Sea Research, 122, 19-24. http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S1385110116300764