Ook Texelaars naar de IJszee

Door Gerbrand Gaaff

 

[PIC3779]Rond 1700 kwam de walvisvaart vanaf de Waddeneilanden op gang. We kennen deze bladzijde uit de geschiedenis vooral van de indrukwekkende commandeurshuizen en typische begraafplaatsen op Ameland. Maar ook Terschellingers, Vlielanders, Harlingers en Texelaars gingen op jacht in de wateren rond Groenland en Spitsbergen. Onderzoek heeft uitgewezen dat er vrijwel evenveel Texelaars als Amelanders op jacht waren naar spek, knoken en baleinen.

 

Verborgen geschiedenis

De commandeur was de hoogste bevelhebber op een walvisvaarder. Op Texel hebben de commandeurs veel minder sporen achtergelaten dan op Ameland. Lange tijd werd de achttiende-eeuwse welvaart van het dorpje Den Hoorn vooral toegeschreven aan het loodswezen. Maar er duiken steeds meer bewijzen op dat verschillende families ook veel geld verdienden met de walvisvaart. De Texelse historica Ineke Vonk-Uitgeest deed uitgebreid archiefonderzoek en toonde aan dat er in die tijd ongeveer evenveel commandeurs van Texel vertrokken als van Ameland.

 

[PIC3781]Overkantse rederijen

De commandeurs voeren in dienst van rederijen die de schepen leverden. Die rederijen waren allemaal aan ‘de overkant’ (Texels voor ‘de vaste wal’) gevestigd. Daar werden de schepen ook gedurende de winter opgelegd. In het voorjaar rekruteerde de commandeur zijn bemanning, reisde hij per beurtschip naar de winterhaven en vertrok van daaruit naar het noorden.

 

Buit

De Texelse walvisvaarders waren vooral actief in de Straat Davis (tussen Groenland en Canada) en rond Spitsbergen. Voor ons zijn walvissen fascinerende, intelligente dieren die we op alle mogelijke manieren willen beschermen. In de achttiende eeuw waren het bronnen van kostbaar walvisspek en baleinen. De beenderen gingen mee voor de lijmkokerijen. Als de walvisvaarders na ongeveer een maand varen waren aangekomen in de jachtgebieden voeren de schepen het gebied rond, speurend naar walvissen. Met geluk dook er een Groenlandse walvis op. Deze dikke, trage zwemmer was het gemakkelijkst te vangen. Sloepen met roeiers en een harpoenier probeerden het dier te vangen. Tweede keus was de wat minder vette noordkaper. Regelmatig sprong er ook een combaars op. Die soort kennen we nu als de bultrug. Deze snelle zwemmer was echter veel moeilijker te achtervolgen door de roeiers. De reders hielden per commandeur een lijst bij van de vangsten. Zo weten we dat de Hoornder commandeur Klaas Daalder tussen 1725 en 1736 vier slechte jaren (minder dan 3 walvissen), vijf gewone jaren en drie topjaren (meer dan 5 walvissen) heeft meegemaakt.

 

Bemanningen

De sleutelfuncties aan boord, zoals de stuurman, harpoenier, speksnijders, de kuiper, de timmerman en de chirurgijn werden meestal toebedeeld aan Texelaars, vaak zelfs uit de eigen familie. Voor de overige functies betrokken de commandeurs veel mannen uit Noord-Duitsland.

 

[PIC3780]Beperkte isolatie

De walvisvaarders verzamelden zich vaak na het vertrek uit de winterhavens op de redes in het Waddengebied, om bij gunstige wind samen naar het noorden te vertrekken. In de jachtgebieden opereerden de schepen vaak zelfstandig. Elke commandeur had specifieke, min of meer beschermde kennis van het weer, de ijsgang, de zee en het gedrag van de walvissen ter plekke. Maar in geval van nood schoten zij elkaar te hulp. Dit gebeurde bijvoorbeeld in 1777, toen de poolzomer extreem koud was en veel schepen vast kwamen te zitten in het ijs.

 

Einde

Tegen het einde van de achttiende eeuw was de populatie aan Groenlandse walvissen en noordkapers gedecimeerd. Bovendien zorgden de Engels-Hollandse oorlogen voor een algehele malaise in de Nederlandse maritieme wereld. Deze twee factoren zorgden ervoor dat de walvisvaart nauwelijks meer loonde. In 1794 vertrok Lourens Boon uit de Waal als laatste Texelse commandeur naar Spitsbergen. Tot 1798 monsterden nog enkele Texelse opvarenden aan bij vooral Huisduiner commandeurs, maar daarna was het echt afgelopen.

Bronnen

Vonk, I. 2012: Texelse walvisvaarders tussen de ijsschotsen. MA-scriptie Rijksuniversiteit Leiden.

Over de herontdekking van een commandeurshuisje (Herenstraat 49) in Den Hoorn, Texel: een special van de Uitgave van de Historische Vereniging Texel, september 2010 (met een zeer uitgebreide levensbeschijving van de commandeurs Klaas Jacobsz Daalder en Simon Walig): http://www.walvisvaardershuisjetexel.nl/nieuws/10-09_uitgave%20Historische%20Vereniging.pdf