De bijtjes en de bloemetjes op de kwelder

Door: Tim van Oijen

 

Het voorjaar is begonnen. Op de kwelders langs de Waddenzee komen straks de eerste planten in bloei. De bloemen op de kwelders worden, vooral in de zomer en nazomer, veel bezocht door insecten als bijen en hommels. Toegespitst beheer vergroot de insectenrijkdom. Uit een onderzoek op Welshe kwelders blijkt dat langdurige begrazing met hoge veedichtheden het best vermeden kan worden. Dit bevestigt ook de uitkomsten van onderzoek op kwelders in het Nederlandse waddengebied.

 

Een bloemenzee zijn de kwelders vooral in de nazomer. Dan kleuren ze paars door de bloeiende zulte (syn.: zeeaster) en lamsoor. In het voorjaar is het Engels lepelblad met zijn witte bloemetjes een van de eerste soorten. Met al die bloemenpracht is het voor bijen en hommels ook een weelde. Biologen hebben in Zuid-Wales onderzocht hoe belangrijk de kwelders voor deze insecten zijn, en welke invloed begrazing daar op heeft.


Honingbijen en hommels

De onderzoekers inventariseerden drie jaar lang de aanwezigheid van bloemen en insecten op elf verschillende kwelders in Wales. Het beheer van deze kwelders was verschillend. Een deel was al lange tijd onbegraasd, een deel extensief begraasd en een deel intensief begraasd door schapen, koeien en paarden. 

Uit het onderzoek bleek dat honingbijen en hommels de meest voorkomende bloemenbezoekers op de kwelder waren. Solitaire bijen waren er weinig. Door begrazing namen de dichtheid en de soortenrijkdom van de bijen- en hommelpopulaties af. Dit kwam met name door een afname in de twee hierboven al genoemde plantensoorten: zulte en lamsoor. Beide bloeien uitbundig en zijn rijk aan nectar maar daarnaast ook een smakelijk hapje voor vee. Begrazing met lage veedichtheden leidde wel tot een toename in het aantal plantensoorten op de kwelder, maar dit had vanwege de afname in de dichtheden van bloeiende planten geen positief effect op de bijen en hommels. Extensieve begrazing leidde al tot ruwweg een halvering van de dichtheid van deze insecten. Bij intensieve begrazing ging het aantal nog eens door de helft.

De onderzoekers vergeleken de aanwezigheid en diversiteit van de bijen- en hommelpopulaties op de kwelders met die in andere voor deze insecten belangrijke leefgebieden. Daaruit bleek dat op onbegraasde kwelders de honingbij- en hommelaantallen even hoog of hoger kunnen zijn dan op graslanden, loofbossen en naaldbossen. De onderzoekers adviseren daarom om waar in Europa maar mogelijk, nog onbegraasde kwelders onbegraasd te laten. Voor de overige kwelders raden ze aan de mate van begrazing laag te houden.

 

Ganzen

De studie bevestigt wat er bij studies naar het beheer van de waddenkwelders al is geconstateerd: begrazing met hoge veedichtheden heeft voor de bescherming van bestuivende insecten geen enkele waarde. Het is overigens wel aantrekkelijk voor overwinterende vogels, zoals ganzen, en daarom kan een differentiatie in beheer overwogen worden. Nederlands onderzoek geeft de indicatie dat het voor de instandhouding van insectenpopulaties werkt om verschillende vormen van beheer op hetzelfde moment naast elkaar toe te passen. Zoals een afwisseling van niet beweiden, beweiding met lage tot matige veedichtheden, en het stopzetten en weer starten van de beweiding voor korte perioden.

 

 

Bronnen: