8 mei 2009 De parels van het wad [PIC1129]Het waddengebied is van groot internationaal belang voor talloze vogels. Trekvogels, zoals de kanoetstrandloper, maken hier een tussenstop om aan te sterken op hun reizen van de noordelijke toendra’s in Siberië naar hun overwinteringsgebieden in zuidelijk Europa en Afrika. Broedvogels, zoals de scholekster en de kluut, vinden er rust en voedsel om hun jongen groot te brengen. Dit voedsel bestaat uit een grote variëteit dieren die zich op en in de wadbodem bevinden. Schelpdierbanken nemen een speciale plaats in binnen dit voedselweb. Rijk bodemleven Het rijke bodemleven maakt de Waddenzee tot een heel bijzonder gebied. Schelpdieren, kreeftachtigen en allerlei wormen komen er in hoge dichtheden voor. De rijkdom van de Waddenzee is niet gelijkmatig verspreid; de bodemdieren blijken een voorkeur te hebben voor bepaalde locaties. Terwijl sommige bodemdieren zich bijvoorbeeld het liefst ophouden juist boven de laagwatergrens, zoeken andere liever de hoger gelegen, drogere platen op. Ieder dier zoekt zo zijn eigen plek. Schelpdierbanken Ook liggen de schelpdieren niet zomaar overal op de wadplaten. Zij vormen clusters, die zich na verloop van tijd kunnen ontwikkelen tot grotere schelpdierbanken. Deze banken hebben een specifieke verspreiding. Zo bevinden kokkelbanken zich hoger op de wadplaten dan mossel- en oesterbanken. Er is nog weinig bekend over de ontwikkeling van schelpdierbanken; of daar een minimale hoeveelheid schelpen voor nodig is en wat nu precies maakt dat de ene plaats zoveel geschikter lijkt dan de andere. Er zijn een aantal theorieën over de rol die de verschillende stadia van schelpdieren hierin spelen. Zo hangt het voorkomen van schelpdierbanken in de eerste plaats af van de vestiging van de jonge schelpdieren. Schelpdieren planten zich slechts eens in de twee tot drie jaar voort, en niet al deze nakomelingen weten zich succesvol te vestigen op het wad. Later kunnen deze jonge schelpdieren nog eens opschuiven naar andere locaties. Waarheen en waarom is ook veelal onduidelijk. De sedimentsamenstelling en de getijdestromingen spelen hierbij onder andere een belangrijke rol. Gezamenlijk hebben alle factoren tot gevolg dat de ene locatie op het wad veel rijker is aan schelpdieren dan de andere. Hotspots van biodiversiteit Waar veel schelpdieren voorkomen is het wad ook rijk aan ander leven. Schelpdierbanken zijn hotspots van biodiversiteit. Mossel- en oesterbanken, die duidelijke structuren op het wad vormen, bieden een breed scala aan kleinere levensvormen, zoals allerlei visjes en krabben die zich er kunnen verschuilen en macroalgen en poliepen die zich hechten aan de schelpen. Ook de grotere kokkelbanken, die meer in de wadbodem zijn ingebed, blijken met name voor te komen in die gebieden waar ook het andere bodemleven zich sterk heeft ontwikkeld. Talrijke wormen, garnalen en andere schelpdieren komen rondom de banken in hoge dichtheden voor. Dergelijke plekken zijn van grote ecologische waarde. Niet alleen vanwege de hoge biodiversiteit. De hogere dichtheden en beschutte ligging maken van kokkelbanken tevens ideale locaties voor vogels om naar voedsel te zoeken. De schelpdierbanken in de Waddenzee vormen aldus de parels op de kroon. De uniciteit van de banken wordt nog steeds niet goed op waarde geschat. Er zijn nog veel vragen over de ontwikkeling en de natuurlijk dynamiek van deze leefgemeenschappen. Deze onbekendheid maakt het erg lastig om beheersmaatregelen te ontwikkelen die voldoende aansluiten bij de beschermde status van het natuurgebied Waddenzee. Deze parels verdienen beter. bron: Beukema en Dekker (2009) Helgoland Marine Research 63(2) on line Grimm ea. (2003) Helgoland Marine Research 56: 222-228