20 maart 2009 Nog geen hongersnood in de Waddenzee. Algen staan aan de basis van de voedselketen in de Waddenzee. Een meetserie van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) laat zien hoe de algengroei afhangt van de beschikbaarheid van voedingsstoffen in de Waddenzee. De groei is in de jaren zeventig sterk toegenomen, tegelijk met een piekaanvoer in voedingsstoffen, en neemt de laatste jaren samen met de daling van stikstof en nitraat in het water weer langzaam af. De algengroei is evenwel ook nu nog van een dusdanige omvang dat er nog steeds veel dierlijk leven gevoed van kan worden. [PIC1082|R]Algen zijn de planten van de zee; zij vormen het voedsel voor het dierlijk leven, zoals vissen en schelpdieren. De groei van algen wordt vaak uitgedrukt als primaire productie, de factor die de productiviteit van het ecosysteem bepaalt. Deze productie hangt af van de hoeveelheid voedingsstoffen en de beschikbaarheid van zonlicht. Naarmate er meer fosfaat en nitraat aanwezig is en onder voorwaarde dat er ook voldoende licht is, kan een alg harder groeien. Ook in de Waddenzee wacht het leven op de voorjaarszon. De rijke jaren zeventig De Waddenzee is een rijke zee, waar algen relatief goed groeien. Dat blijkt uit een dertigjarige meetreeks van het NIOZ. De metingen laten ook zien hoe in de jaren zeventig algen harder zijn gaan groeien dan in alle voorgaande jaren. Een van de algensoorten die in deze periode is toegenomen, is de befaamde schuimalg Phaeocystis. De uitbundige groei van deze alg leidde tot schuimophoping op de Noordzeestranden en ook in de Waddenzee dreven de vlokken in het water. Niet schadelijk, maar wel opvallend. Vanaf eind jaren negentig is de algengroei weer langzaam afgenomen. De stijging in de vorige eeuw is waarschijnlijk het gevolg geweest van de toename in voedingsstoffen (zie vorige column). Een piek in de aanvoer van fosfaat en nitraat stimuleerde de algengroei. In de jaren tachtig en negentig is de eutrofiëring van de Waddenzee langzaam teruggedrongen. In de afgelopen tien jaar is daardoor ook de algenbloei minder omvangrijk geworden. De rijke jaren twintig Het onderzoek van het NIOZ beschrijft het verband tussen voedingsstoffen en algengroei in de Waddenzee. Algen vormen het fundament van het ecosysteem en het ligt voor de hand om een directe relatie te leggen tussen de rijkdom aan leven in de Waddenzee en de beschikbaarheid van stikstof en fosfaat. Deze relatie is echter niet zo eenvoudig te beschrijven. De algengroei in de Waddenzee loopt de laatste jaren terug, maar is nog steeds veel groter dan in de periode van voor de eutrofiëring. Toch is het leven in de Waddenzee tegenwoordig niet meer zo rijk als in de eerste decennia van de vorige eeuw. De vis- en schelpdierproductie zijn sterk teruggelopen, nog voordat de algengroei afnam. De rijkdom in de Waddenzee kent dus meerdere sturende factoren, waar het voedingsstoffenbudget er slechts een van is. De rijkdom van de jaren twintig kende mogelijk een heel andere begroting. Bron: G.C. Cadee & J. Hegeman (2002) Journal of Sea Research 48: 97-110 B.R. Kuipers & G.J. van Noort (2008) Journal of Sea Research 60: 44-53