Ruben Smit

Zijn liefde voor analoge fotografie

Het leven van filmmaker Ruben Smit was een almaar doordenderende trein van plannen maken, reizen, fotograferen en filmen, pitches en premières – tot zijn lichaam aan de handrem trok. Hij ging zijn burn-out te lijf door terug te keren naar zijn roots: analoge fotografie. Een van de resultaten van die periode is de WAD kalender 2021. Vol intieme landschapsbeelden met een diep-emotionele lading.

Ruben Smit had altijd wel een project lopen, een idee om uit te werken of een geldschieter om te verleiden. Maar in 2019 liep alles spaak. ‘Ik leed al aan de ziekte van Lyme, dat was al vervelend genoeg’, vertelt hij. ‘En in maart van dat jaar kreeg ik opeens vreemde klachten: migraine, tintelende handen en armen, verminderd gezichtsvermogen, sporadisch uitval van mijn gezichtsvermogen, soms moeite met spreken – het was beangstigend.’

 

Burn-out, luidde de diagnose, en achteraf weet Smit de oorzaak maar al te goed. ‘De voorgaande jaren hadden veel van me geëist’, vertelt hij. ‘Vooral mijn film WAD heb ik echt uit de waddenklei moeten trekken; ik had geprobeerd die productie samen met andere producenten te maken, maar dat lukte niet. Toch wilde ik de film maken, desnoods alleen. Dat was een ongezonde situatie, bleek later. Die periode heeft een zwaar stempel op me gedrukt. Je zou al met al kunnen zeggen dat de natuur me heftig te pakken heeft gehad’, zegt hij met een wrange glimlach.

 

Teruggeworpen

‘Ik maakte een enorme tuimeling; ik moest mezelf opeens opnieuw uitvinden’, vertelt Smit met zachte stem. ‘Ik kon niet meer zijn wie ik wilde zijn, ik moest écht rustig aan doen, maar het viel me heel zwaar om niets meer omhanden te hebben. Ik was altijd bezig geweest met creatieve dingen, dat was mijn lust en mijn leven. Nu kon dat niet meer. Dat was niet alleen moeilijk voor mezelf, maar ook voor mijn vrouw en drie kinderen, die moesten aanzien hoe ik helemaal werd teruggeworpen op mezelf. Ik kon bijvoorbeeld niet makkelijk meer met mensen praten; ik vluchtte juist voor ze.’ Uiteindelijk vond Smit een manier om zijn demonen te lijf te gaan: ‘Ik besloot mijn oude analoge fotocamera op te diepen, zocht een paar doosjes met diafilm op en ging op pad in de natuur. Dat gaf me weer houvast, ik kon weer creatief bezig zijn en merkte dat er iets was veranderd. Het voelde weer net als de puberteit. Ik was heel onzeker over wat ik kon en deed; ik merkte ook dat ik heel anders keek naar het landschap dan vroeger.’

 

Spiritueel

Al snel trok Smit weer naar het waddengebied. De landschapsfoto’s die hij met zijn Pentax 6×7-middenformaatcamera maakte, kregen een bijzondere betekenis voor hem. En niet alleen omdat je anders moet werken met een analoog toestel, legt hij uit. ‘Ik kreeg ook een nieuwe kijk op de natuur, een meer spirituele blik; als je daar zo gehavend door het landschap loopt, zie je alles anders. Ik had het gevoel dat ik het gebied nog nooit zo gezien had als nu. Ik dacht niet: wat een mooi plaatje. Het ging me vooral om het gevoel dat ik bij dat plaatje kreeg. En dat gevoel, die sfeer wilde ik vastleggen.’ Gaandeweg raakte Smit dieper in de ban van die nieuwe manier van kijken. ‘Ik zag de diepere laag van het landschap – de vergankelijkheid, leven en dood, maar ook de ongetemde groei, de kracht waarmee beschadigde natuur zich weet te herstellen. De Wadden zijn natuurlijk hét gebied om de symboliek van kracht en herstel te ervaren – en die ervaring te linken aan je eigen herstel. Als ik nu naar de foto’s kijk die ik daar toen heb gemaakt, is dat heel emotioneel’, zegt Smit. ‘Veel ervan hebben een speciale betekenis voor me. Ze vertegenwoordigen soms heel intieme momenten.’

 

‘Als je zo gehavend door het landschap loopt, zie je alles anders’

 

Weg naar herstel

‘Ik zat in een diep gat en wist niet hoe ik eruit kon komen. Nu zit ik op de rand van dat gat en kan ik weer om me heen kijken’, zegt Smit over zijn weg naar herstel. Maar die weg is nog lang, voelt hij. ‘Ik vertrouw mijn eigen lijf nog steeds niet; de energie en het zelfvertrouwen moeten nog groeien.’ Toch richt hij de blik weer op de toekomst, geïnspireerd door de rust die hij hervond dankzij die goeie ouwe Pentax. ‘Ik wil op een minder stressvolle, energieverslindende manier gaan werken. En ik wil boeken, films en foto’s maken die dichter bij mijzelf blijven, die persoonlijker zijn.’ In navolging van de WAD-kalender denkt Smit erover om een fotoboek te maken met persoonlijke teksten over de afgelopen periode. Ook om mensen deelgenoot te maken van wat hij heeft doorgemaakt. Omdat ze er misschien iets aan hebben voor hun eigen herstel. Hij durft weer plannen te maken. Maar Smit haast zich duidelijk te maken dat het niet te gek moet worden. ‘Het is natuurlijk niet de bedoeling dat het feit dat ik iets wil doen met mijn burn-out een doel op zich wordt’, zegt hij gedecideerd. ‘Ik ben nu nog aan het overleven.’

 

‘De Wadden zijn natuurlijk hét gebied om de symboliek van kracht en herstel te ervaren’

Ruben Smit

Ruben Smit (1971) is sinds 2003 natuurfotograaf en -filmer. Zijn natuurfoto’s leverden meerdere prestigieuze prijzen op en zijn eerste film, De nieuwe wildernis uit 2013, werd, net als de gelijknamige tv-serie, een hit. Ook WAD, overleven op de grens van water en land uit 2018, werd een succes. Sinds 2014 heeft Smit zijn eigen filmproductiebedrijf. Hij geeft ook lezingen over zijn werk.

Dit artikel is geschreven door Diederik Plug en werd eerder gepubliceerd in het WADDEN magazine.
Als lid ontvang je 4x per jaar het WADDEN magazine in je brievenbus.